De ontmoetingsruime van Bazaar Rabot was omgebouwd tot een klein toneelzaaltje. Een podium, decor, spots, geluidsinstallatie, microfoons niets ontbrak aan het optreden van ‘De verborgen talenten’.
Ze brachten een show met liedjes in meerdere talen en uit meerdere landen. Elk liedje werd afzonderlijk ingeleid. Hier volgt een greep uit de eerste helft van de voorstelling. Omdat er tegelijkertijd in kinderdagverblijf Tierlantuin een winterfeest werd georganiseerd, moest de buurtreporter de tweede helft missen.
Ze begonnen met ‘If you wannebe my lover’ van de Spice Girls, de Engelse meidengroep, die hiermee in 1996 hun eerste grote hit scoorde.
If you want to be my lover, you have got to give. Taking is too easy, but that’s the way it is.
Het tweede nummer werd aangekondigd als ‘het groene hoedje’. Het groene hoedje bleek het bekende Duitse drinklied ‘Eins, zwei, zaufen’ te zijn. Het liedje werd in 1935 gecomponeerd door Wilhelm ‘Wiga’ Gabriel.
In München steht ein Hofbraühaus, oans, zwoa, g’suffa. Da läuft so manches Fässchen aus: oans, zwoa, g’suffa…
Nummer drie was het romantische Somethin’ Stupid waarmee Nancy Sinatra in 1967 samen met haar vader in de hitlijsten stond.
And afterward we drop into a quiet little place and have a drink or two. And then I go and spoil it all by saying something stupid like ‘I love you’.
Het volgende liedje was van de Welshe zangeres Bonnie Tyler. Er woont een Welshman in Rabot. Hij zat niet in de zaal, zijn vrouw wél. Bonnie had met ‘Total eclips of the heart’ in 1983 een hit van formaat. Er werden meer dan 5 miljoen exemplaren verkocht.
Turnaround, every now and then I get a little bit lonely and you’re never coming round. Turnaround, every now and then I get a little bit tired of listening to the sound of my tears…
Over nummer vijf ben ik niet helemaal zeker. Het werd aangekondigd als ‘Take me to the moon’. Het enige wat ik kan vinden op internet is ‘Fly me to the moon’ van Frank Sinatra.
Nummer zes was het Nederlandstalig liedje van Bart Peters ‘Brood voor morgenvroeg’.
Soms als ik naar huis rij. In het midden van de nacht. Kom ik langs een broodmachien en rem op volle kracht. Ik wil een ramp voorkomen. Want er is al stress genoeg. Oh wonder der techniek. Ik koop een brood. Brood voor morgenvroeg.
The little Drummer Boy is een bekend Engels kerstliedje uit 1941. Het gaat over een arme jongen die, als geschenk, enkel zijn gedrum kan geven aan het pasgeboren kerstkind. Er zijn meerdere Nederlandstalige versies van gemaakt: de kleine trommelaar, de kleine tamboer…
Hoor, daar buiten! Pa-ram-pa-pa-pam. De kleine trommelaar. Pa-ram-pa-pam. Op weg naar ’t koningskind. Ram-pa-pa-pam. Zijn kleine trommel klinkt. Pa-ram-pa-pa-pam. Ram-pa-pa-pam. Ram-pa-pa-pam.
Een echte meezinger was ‘Ik loop met jou naar de regenboog’ van Frans Bauer en Marianne Weber uit 1997.
Ik loop met jou naar de regenboog. We zijn omringd door een bloementoog. Daar waar de zevende hemel wacht. Aan ’t eind van de reis.
De bekendste versie van ‘I Beg you Pardon’ is die van Lynn Anderson uit 1970.
I beg you pardon. I never promised you a rose garden. Along with the sunshine. There’s gotta be a little rain some time.
Van een heel ander kaliber was het laatste nummer voor de pauze van Sarah Brightman. Een Engelse zangeres die vooral bekend is geworden van de musical. Een van haar fraaiste rollen was die van Christine Daaé in ‘The Phantom of the Opera’. De musicale versie op muziek van Andrews Lloyd Weber, ging in 1986 in het Londense West End in première.
Deze mooie voorstelling werd onderbroken door een gezellige pauze met koffie, chocolademelk en kerstbûche.
wo 12 december | De verborgen talenten | 14u00 – 16u00 | Ontmoetingsruimte Bazaar Rabot Jozef II-straat | gratis